Zo doet Lieke dat: in B1 schrijven
Steeds meer organisaties schrijven hun webteksten op B1-niveau. Dat staat voor eenvoudig Nederlands. De overgrote meerderheid van de bevolking begrijpt B1-teksten. En ook mensen met een ‘hoger’ leesniveau vinden het fijn om in B1 te lezen. Want dat is lekker snel en scanbaar. De vraag is alleen: hoe maak je je teksten B1? Contentredacteur Lieke deelt haar tips.
Get the basics right
‘De overheid heeft duidelijke richtlijnen opgesteld voor B1-teksten. Daar begin ik dus altijd mee. Kenmerken van B1-teksten zijn: duidelijke titels en tussenkoppen, een actieve schrijfstijl met voorbeelden, eenvoudige woorden die iedereen kent en korte en duidelijke zinnen. Kun je een woord of zin niet vervangen voor een B1-variant? Zorg er dan voor dat je uitlegt. Bijvoorbeeld wetten en regelingen, want die zijn gewoon niet te ver-B1’en. Probeer maar eens met ‘Wet versterking regie volkshuisvesting’... Succes ;)’
Laat een tool het werk doen
‘De ironie is natuurlijk dat eenvoudige teksten helemaal niet makkelijk zijn om te schrijven. Gelukkig zijn er veel tools die je kunnen helpen. Mijn tips: IsHetB1.nl (gebruik ik dagelijks voor een woordcheck), De Accessibility Leesniveau Tool (voor een inschatting van het leesniveau van je tekst) en ChatGPT. Een fancy prompt heb je eigenlijk niet nodig, vraag ChatGPT om een tekst makkelijker/simpeler/korter op te schrijven en je komt al een heel eind.’
Let op de flow
‘Op de middelbare school leerde ik dat je je zinnen nooit mag beginnen met ‘en’, ‘want’ of ‘maar’. Een zin begint met een lidwoord, persoonsvorm of zelfstandig naamwoord. Punt uit. Maar in B1 kom je er bijna niet onderuit: korte zinnen betekent dat je je zinnen vaak moet opknippen. En dan krijg je dus wél zinnen die beginnen met ‘en’, ‘want’ of ‘maar’. Dat is niet erg, ik zie het tegenwoordig eerder als een stijl - ik houd er wel van, lekker snappy. Het is wel belangrijk dat je op de flow van je tekst let. Zodat je tekst niet van de hak op de tak springt. En je je lezer niet kwijtraakt. Of irriteert. Snap je? Dat doe je door je tekst hardop voor te lezen: als je ergens over struikelt, dan klopt de flow niet.’
Schrijf met woorden die je kan zien
‘Ik ben al een tijdje geabonneerd op de nieuwsbrief van Joep Luycx van de Joepie Academie. Daar kun je speelse schrijftrainingen volgen. Maar de nieuwsbrief met schrijftips is ook al behoorlijk speels! De tip die me het meeste is bijgebleven is om met zichtbare woorden te schrijven. Als je schrijft, stop je plaatjes in iemands hoofd. Hoe duidelijker het plaatje, hoe duidelijker de tekst. En hoe meer B1, is mijn eigen oordeel. Een woord kan wel B1 zijn, maar nog steeds onzichtbaar. Denk bijvoorbeeld aan ‘internationaal’: hartstikke B1, maar wat zie jij voor je? Ik vrij weinig. Terwijl, als je schrijft ‘tussen verschillende landen’, ja dan zie ik ineens de wereldkaart, vliegtuigen en schepen voor me! En natuurlijk, het moet maar net in je tekst passen. Dat is soms even puzzelen, maar wel leuk.’